Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Verhulst S. (1992) Effects of density beech crop and winter feeding on survival of juvenile Great Tits an analysis of Kluyver's removal experiment. ARDEA 80 (2): 285-292
Kluyver voerde een experiment uit om het verband tussen dichtheid en overleving bij juveniele Koolmezen te onderzoeken. Dit experiment bestond uit het manipuleren van de dichtheid van de jongen door in 2 jaar op de Hoge Veluwe eieren en nestjongen uit eerste broedsels te verwijderen. In dit artikel wordt een analyse gepresenteerd van de effecten van dichtheid en voedsel op de lokale overleving van juveniele Koolmezen. Bij zowel de jongen uit het eerste als bij jongen uit het tweede broedsel was er een sterk verband tussen overleving en de Beukennotenoogst in de winter volgend op het geboortejaar (Fig. 1a & 2a). Bij jongen uit het eerste, maar niet uit het tweede broedsel, had bijvoeren in de winter ook een positief effect op de overleving (Fig. 1c & 2c). Het effect van de dichtheidsmanipulatie verschilde tussen jongen uit eerste broedsels en jongen uit tweede broedsels. Er is een kwadratisch verband tussen de dichtheid van jongen uit het eerste broedsel en de overleving van die jongen. Dat wil zeggen dat met toenemende dichtheid de overleving eerst toeneemt en vervolgens, als een bepaalde dichtheid bereikt is, weer afneemt. De overleving van eerste-broedsel-jongen in jaren waar de dichtheid van eerste-broedsel-jongen gemanipuleerd is, komt overeen met de verwachte overleving op grond van de controlejaren (Fig. 1b). Dit geeft aan dat er een causaal (kwadratisch) verband bestaat tussen (lokale) overleving en dichtheid. Van de dichtheid van volwassen vogels en de dichtheid van tweede-broedsel-jongen kon niet aangetoond worden dat ze een effect hadden op de overleving van eerste-broedsel-jongen. Het experiment had een positief effect op de overleving van de tweede-broedsel-jongen (Fig. 2a). Dit effect was in overeenstemming met de experimentele verandering in dichtheid van de eerste-broedsel-jongen (Fig. 2b). Hieruit concludeer ik dat er ook een causaal verband is tussen de dichtheid van eerste-broedsel-jongen en de (lokale) overleving van tweede-broedsel-jongen. Van de dichtheid van volwassen vogels en de dichtheid tweede-broedsel-jongen kon niet aangetoond worden dat deze factoren invloed hadden op de overleving van tweede-broedsel-jongen. Deze studie laat zien dat voedsel en dichtheidafhankelijke processen een belangrijke rol spelen in de populatiedynamica van de Koolmezen.


[close window] [previous abstract] [next abstract]