Ardea
Official journal of the Netherlands Ornithologists' Union

login


[close window] [previous abstract] [next abstract]

Summers R.W., Boland H., Colhoun K., Elkins N., Etheridge B., Foster S., Fox J.W., Mackie K., Quinn L.R. & Swann R.L. (2014) Contrasting trans-Atlantic migratory routes of Nearctic Purple Sandpipers Calidris maritima associated with low pressure systems in spring and winter. ARDEA 102 (2): 139-152
De jaarlijkse trek van vogels valt meestal niet samen met andere energetisch dure activiteiten (zoals de rui) en leidt doorgaans tot het vermijden van seizoenen met een verlaagde overlevingskans (zoals noordelijke winters). Paarse Strandlopers Calidris maritima zijn hierop een uitzondering. Zij overwinteren op relatief hoge breedtegraden (zelfs vergeleken met andere steltlopersoorten). De rui vindt plaats vóór de aankomst in de wintergebieden. Veel Paarse Strandlopers die in Groot-Brittannië en Ierland overwinteren, worden gekarakteriseerd door lange snavels en zouden Canadese broedvogels kunnen betreffen. Zij arriveren hier eind oktober/begin november. Hun najaarsrui, die op een tot dusver onbekende locatie plaatsvindt, is dan al voltooid. De auteurs van dit artikel hebben in het noorden van Schotland en het zuidwesten van Ierland 50 Paarse Strandlopers uitgerust met geolocators. Daarmee hebben zij voor het eerst kunnen vaststellen dat deze lokale wintervogels inderdaad van Canadese origine zijn (Baffin Island en Devon Island). Ook werden de trekroutes en de gebieden waarin de najaarsrui plaatsvindt vastgesteld. De terugtrek naar de broedgebieden vond grotendeels eind mei plaats. De terugtrek werd onderbroken met een tussenstop op IJsland en/of in het zuidwesten van Groenland. De vogels die een tussenstop op IJsland maakten, vertrokken gemiddeld vroeger dan de vogels die rechtstreeks naar Groenland vlogen. De najaarsrui werd hoogstwaarschijnlijk uitgevoerd in het zuiden van Baffin Island, in het noorden van Quebec en Labrador (langs de Hudson Straat) en in het zuidwesten van Groenland. De wegtrek vanuit Baffin Island en Labrador vond plaats van eind oktober tot begin november, die vanuit Groenland tussen medio en eind december. Dit betekent dat deze Paarse Strandlopers pas aan de najaarstrek beginnen als andere steltlopersoorten al in de overwinteringsgebieden zijn. Geen van de vogels verbleef op de najaarstrek op IJsland. De vlucht van Baffin Island naar Schotland en Ierland duurde ca. 2,5 dag en vond plaats met een gemiddelde snelheid van ca. 1400 km per dag. Het dichtvriezen van de kustwateren in Canada is waarschijnlijk de reden voor het uiteindelijke vertrek uit de Hudson Straat. De meer noordelijke route via IJsland, gebruikt door veel vogels in het voorjaar, en de meer zuidelijke route in het begin van de winter waren geassocieerd met seizoensgebonden veranderingen in het Atlantische systeem van lagedrukgebieden (depressies), waarbij de gangbare (tegen de klok in) windrichtingen de vluchten vergemakkelijken.


[close window] [previous abstract] [next abstract]